Bekijk ook naar de onderdelen, oefeningen en video’s over:                

            

Wat is begrijpend lezen?

 

Begrijpend lezen

Begrijpend lezen is teksten lezen en begrijpen wat er staat. Er is dus een verschil tussen technisch lezen en begrijpend lezen. Iemand die technisch goed in staat is een tekst te lezen, hoeft de tekst niet altijd te begrijpen.

Begrijpend lezen is niet vanzelfsprekend. Om goed begrijpend te kunnen lezen, moet je het technisch lezen onder de knie hebben. Er zijn vier aandachtspunten dingen die begrijpend lezen makkelijker maken:

Aandachtspunten begrijpend lezen

  1. Vlot kunnen lezen (technisch lezen)
  2. Over een grote woordenschat beschikken
  3. Kennis van de wereld hebben
  4. Plezier aan lezen hebben

 

Een kind dat aan deze 4 aandachtspunten voldoet zal eerder kunnen begrijpend lezen, maar het is nog niet vanzelfsprekend. Het kost tijd en moeite om begrijpend lezen goed toe te passen.

Leesplezier is dé sleutel tot een betere lees- en taalvaardigheid. Als je met plezier een boek hebt gelezen, zal je daarna sneller een nieuw boek oppakken. 

                                

Uit onderzoek blijkt dat kinderen die plezier aan lezen beleven, ook vaak beter zijn in begrijpend lezen. Dat komt omdat ze voorkennis hebben, over een grote woordenschat beschikken en de vaardigheid van het technisch lezen continu oefenen en verbeteren.

Lees, als het kan, ook zeker alleen teksten en boeken die jezelf leuk vindt. Van folders tot stripverhalen tot leuke leesboeken.

 

Dus door veel te lezen, krijg je een grotere woordenschatkennis en leer je meer over de wereld om je heen.

 

Waarom is begrijpend lezen belangrijk?

Begrijpend lezen is eigenlijk de basis van leren. Als je snapt wat je leest, dan heb je daar een leven lang plezier van. Begrijpend lezen heb je veel en vaak nodig. Niet alleen bij het vak taal, maar ook bij veel andere vakken. Bijvoorbeeld voor aardrijkskunde en geschiedenis, maar zelfs voor rekenen is begrijpend lezen onmisbaar. Je moet een verhaal of tekst en de vraag goed begrijpend om juiste antwoord te kunnen geven.

Ken je die verhaalsommen?
Als je niet snapt wat er in die verhaalsommen wordt gevraagd, kun je de som ook niet goed maken.

 

Leesstrategieën

Bewust achterhalen van de betekenis van een tekst, noemen we leesstrategieën. Deze leesstrategieën zijn goed aan te leren. Een tekst goed begrijpen kan aan de hand van leesstrategieën je enorm helpen.

Er zijn vier leesstrategieën ( 4 V) die een zeer grote bijdrage leveren aan het beter kunnen lezen en begrijpen.

  • Voorkennis gebruiken ( wat weet ik al over het onderwerp?)
  • Voorspellen  ( welke vragen zie ik?)
  • Visualiseren ( vertalen van een gedachte naar een beeld)
  • Vragen bedenken ( welke vragen zie ik?)

                      

Voorkennis gebruiken

Bij deze eerste strategie gaat het om wat je al weet over een onderwerp. Het is het doel om verbanden te gaan leggen.  Door te bedenken wat je al van iets weet, verbind je oude en nieuwe kennis met elkaar.

Is er iets in deze tekst dat me doet denken aan iets in mijn eigen leven of iets wat ik gelezen heb in een andere tekst?

De voorkennis kan geactiveerd worden door vragen te stellen als:

  • Wat weet je al over het onderwerp?
  • Heb jij hier al eerder van gehoord?
  • Herken je iets op de afbeelding? (als er afbeeldingen zijn)
Voorbeeldopgave:
 

Waarom spint de kat ?

Eigenlijk weet men niet waarom de kat spint. Sommigen denken dat ze spint om te tonen dat ze tevreden is. Anderen beweren dat het een teken van onderdanigheid is.

De kat heeft trouwens nog meer maníeren om je iets duidelijk te maken. Een kat die een hoge rug opzet en blaast, is bang. Ze probeert je weg te jagen door zich groot te maken. Een kat die op haar rug gaat liggen en met haar staart zwiept, nodigt je uit om te spelen.

 

 

1. Waar gaat deze tekst vooral over?

  1. Wat mensen moeten weten over een kat
  2. Waarom een kat zich op een bepaalde manier gedraagt
  3. Wat een tevreden kat doet.
  4. Wat mensen niet weten over een kat.

2. Welke titel past ook goed bij de tekst?

  1. Wie wil spelen met de kat?
  2. Wat doei een tevreden kat?
  3. Waarom nodigt de kat je uit om te spelen?
  4. Wat betekent het gedrag van de kat?

Werkwijze:

Lees heel goed het stukje tekst. Bepaal wat de kern van dit stukje tekst is, waar gaat het vooral over?

Heb jij hier al eerder van gehoord? Herken je iets op de afbeelding? 

  • Het juist antwoord bij vraag 1 is zin 4
  • Het juist antwoord bij vraag 2 is zin 4
 

Voorspellen

Voorspellen ligt op het punt van wat je weet (je voorkennis) en de informatie die je al uit de tekst hebt gehaald. Als je leest vraag je je bijvoorbeeld het volgende af: wat kan ik voorspellen op grond van wat ik al weet of  heb gelezen of gezien? 

Voorspellen doe je door globaal naar de tekst te kijken: de titel, tussenkopjes en eventuele plaatjes.

Beantwoord de volgende vragen:

  • Waar denk je dat de tekst over zal gaan?
  • Lijkt het je een leuke tekst?
  • Je kunt er ook voor kiezen om de inleiding alvast te lezen. De meeste inleidingen geven al heel veel informatie en maken het makkelijker om te voorspellen.

Voorbeeldopgave:

  •  *Nisa is al zijn hele leven erg bang voor spinnen.
  •  *Op een dag gaat zij naar het bos samen met zijn vrienden.
  •  *Daar komen ze een heel grote spin tegen, de kruisspin.
  •  *Iedereen begint te lachen behalve Nisa, zij is heel erg stil.

 

 

Waarom is Nisa heel erg stil in het bos? 

A Nisa praat niet graag.

B Nisa is bang.

C Nisa heeft ruzie met de jongens.

D Nisa is een heel serieuze persoon.

Werkwijze:

Waar denk je dat de tekst over zal gaan?

Je kunt er ook voor kiezen om de inleiding alvast te lezen. De meeste inleidingen geven al heel veel informatie en maken het makkelijker om te voorspellen.

Lees altijd een aantal zinnen terug en na de regel die wordt aangegeven in de vraag. In de voorbeeldopgave lezen we dus ook regel 10,11,12 en 13. In regel 10 staat dat Nisa al zijn hele leven erg bang is voor spinnen. 

Iedereen lacht op het moment dat ze de grote spin zien, Nisa lacht niet omdat zij heel bang is voor spinnen.

Visualiseren

We kunnen allemaal wel een boek herinneren dat we als een film beleefd hebben. Het leuke aan boeken is dat iedereen het op een andere manier beleeft en visualiseert. Als je de woorden leest, welke beelden zie je dan? Hoe ziet de hoofdpersoon eruit? Kun je een filmpje maken in je hoofd als je een hoofdstuk hebt gelezen? Visualiseren betekent dat je een foto of filmpje in je hoofd maakt van wat je aan het lezen bent. Je ziet het dan voor je gebeuren en je geeft de tekst meer betekenis. 

Vragen bedenken

Voor, tijdens en na het lezen bedenk je vragen over de tekst.

  • Wat is nog lastig?
  • Wat vind je van de hoofdpersoon?
  • Zou jij dit ook zo doen of vinden?
  • Wat wil de tekst dat je doet?

 

Hulpstrategieën

De volgende hulpstrategieën kunnen ook een bijdrage leveren om een tekst beter te lezen en begrijpen.

  • langzamer lezen
  • met meer aandacht lezen
  • hardop lezen
  • opnieuw lezen (stukje)
  • stuk verder lezen
  • naar de plaatjes kijken

 

Klik op de start button om te oefenen. 

Oefeningen