Werkwoordspelling
Wanneer schrijf je nu een “d” aan het einde van een werkwoord en wanneer een “t”? En hoe vervoeg je nu sterke en onregelmatige werkwoorden, zoals lezen-las-gelezen of eten-at-gegeten. Goed vervoegen van werkwoorden leer je vooral met veel lezen en door het veel te oefenen.
In groep 8 herhalen de leerlingen de werkwoordspelling uit voorgaande jaren.
Door op de afbeelding te klikken krijgt je uit over werkwoordspelling (onder andere tegenwoordige tijd, verleden tijd en voltooid deelwoord). Onder elk afbeelding vind je oefeningen met werkwoordspelling. We raden je aan om eerst de uitleg door te lezen en daarna te gaan oefenen. Als je het al snapt kun je ook direct gaan oefenen.